De discipline Sportpistool licht en zwaar wordt verschoten in twee gedeelten;
Een statisch gedeelte waarin 1 proefserie en 6 wedstrijdseries van 5 schoten in 5 minuten op een stilstaande schijf;
Een dynamisch gedeelte waarin 1 proefserie en 6 wedstrijdseries van 5 schoten op een schietschijf die 5 keer achtereen 7 seconden voordraaid en 3 seconden blijft voorstaan.
Het wapen mag, wanneer de schietschijf voordraaid, vanuit de vaardighouding gericht worden voor het lossen van slechts 1 schot. Waarna weer de vaardig houding moet worden aangenomen. Vooraf aan elk gedeelte worden 5 proefschoten gelost om te controleren of het wapen goed staat afgesteld.
De discipline sportpistool licht wordt verschoten met pistool of revolver met een kaliber 5.6 mm (.22) en een trekkerdruk van minimaal 1000 gram.
De discipline sportpistool zwaar wordt verschoten met pistool of revolver met een kaliber 7.62 tot en met 9.65 mm (.30 t/m .38 ) en een trekkerdruk van minimaal 1360 gram. De te gebruiken wapens mogen niet zwaarder zijn dan 1400 gram inclusief accessoires, loopgewicht en geplaatst leeg magazijn.